
Loze beloften kun je niet eten - wij eisen goedkopere boodschappen nu!
Van loze beloften kun je niet eten – wij eisen goedkopere boodschappen nu!
Het kabinet moet ingrijpen om voedselprijzen niet verder te laten stijgen en structureel te verlagen. De overheid moet stoppen met het vrij spel geven aan de voedselindustrie en beleid maken dat consumenten écht beschermt en concurrentie stimuleert. Doordat marktwerking faalt, is er te weinig concurrentie en betalen Nederlanders te veel voor voedselproducten. Door de hoge prijzen verliezen Nederlanders samen jaarlijks 25 miljard euro aan koopkracht. Als we zorgen voor beter werkende markten, kunnen we eerlijkere (lees: lagere) prijzen realiseren.
Wat ons betreft liegen de cijfers over inflatie, winsten en koopkracht er niet om. Ondanks kritische vragen en beleidsvoorstellen blijft de opbouw van de prijzen voor voedingsmiddelen onbegrijpelijk voor consumenten en blijft het doorbreken van de machtspositie van producenten en supermarkten uit.
Het boodschappenmandje raakt leger en de overheid kijkt toe
Maar Nederlanders pikken het niet meer. Een enquête onder een representatieve steekproef door onderzoeksbureau Motivaction, toont aan dat 77% van de Nederlanders vindt dat de regering te weinig doet of meer zou kunnen doen om de prijzen van boodschappen in toom te houden. Slechts 6% vindt dat de regering genoeg doet. De roep om actie klinkt luid en duidelijk: stop met onderzoeken en wegkijken, grijp keihard in.
Steeds meer mensen kunnen hun dagelijkse boodschappen nauwelijks nog betalen, laat staan kiezen voor gezond. Mooie beloften zijn er genoeg. Daarom lanceren wij een nieuwe petitie met zeven eisen aan de politiek. Want voedzaam en betaalbaar eten moet de norm zijn geen luxe.
Wie draait op voor de dure appelmoes? Jij!
Stel je voor: de Tweede Kamer nodigt supermarkten en voedselfabrikanten uit voor een dringend rondetafelgesprek over torenhoge prijzen voor onze dagelijkse boodschappen – en ze komen gewoon niet opdagen. Ja, dit gebeurde echt. Tweede kamerlid Joris Thijssen (GroenLinks-PvdA) noemde het terecht “arrogantie ten top.” Maar ook de politiek zelf heeft jarenlang zitten slapen. Er is genoeg gepraat!
Na publieke druk schoven de supermarkten en voedselfabrikanten uiteindelijk op 10 april aan tafel met politici. En die zaten klaar met potjes appelmoes – letterlijk. Politici konden eindelijk vragen stellen aan topmensen van supermarkten en voedselfabrikanten. Want iedereen voelt het: de boodschappen zijn en worden nog steeds duurder. Maar een duidelijk antwoord op de vraag ‘waarom?’ blijft uit. Retailers en voedselreuzen wijzen naar elkaar voor wie de prijs op het schap bepaalt, terwijl wij – de consumenten – de rekening betalen.
De appelmoes als bewijsstuk
NSC-Kamerlid Pieter Omtzigt legde het op tafel: een potje HAK-appelmoes van 370 gram kostte begin maart 2025 in Nederland bij Albert Heijn 2,09 euro. In België stond exact hetzelfde potje in de schappen van Albert Heijn voor 0,89 euro. Consumenten vroegen zich massaal af hoe dat verschil te verklaren is. De reactie van de industrie? Albert Heijn wijst naar gestegen grondstof- en energiekosten. Unilever en Nestlé noemen loonkosten, belastingen en milieuregels. Ze gaan daarbij handig voorbij aan hun eigen rol.
Wat blijkt?
Voedselproducenten bouwen bewust ‘inkoopmuren’ op tussen landen. Dat legde Gianluigi Ferrari, bestuursvoorzitter van de Europese inkooporganisatie Everest, uit tijdens het rondetafelgesprek. Multinationals als Unilever en Nestlé doen liever per land zaken, zodat ze hun prijzen kunnen afstemmen op hoeveel ze ergens kunnen verdienen. In landen met minder concurrentie – zoals Nederland – rekenen ze simpelweg meer. Hetzelfde product, een andere en dus vaak hogere prijs. En hoewel fabrikanten officieel de prijzen niet mogen bepalen volgens de wet, is er wel zoiets als een adviesprijs. "Consumentenprijzen worden bepaald door leveranciers, Inkoopprijzen en adviesprijzen bepalen de consumentenprijzen." zegt Ferarri
Iedereen faalt – en de consument betaalt. Tijd voor maatregelen!
Supermarkten verschuilen zich achter 'mededingingsregels'. De politiek weigert grenzen te stellen. Er wordt gepraat, er is verontwaardiging maar maatregelen blijven uit.
De Kamer moet nu maatregelen afdwingen: verplichte transparantie over marges, strengere regels voor prijsverhogingen en controle op buitensporige winsten. Zolang zowel de politiek als het bedrijfsleven blijven steken in woorden, betaalt de consument de hoogste prijs.
De regering zegt voortdurend dat ze werkende mensen wil helpen. De VVD noemt inflatie zelfs een sluipschutter voor de middeninkomens en vindt dat boodschappen betaalbaar moeten blijven. Maar toen de SP een motie indiende om de btw op groente en fruit te verlagen, werd die direct weggestemd. Ondertussen blijven de prijzen stijgen, en hebben veel mensen moeite om hun boodschappen te kunnen betalen. Het is puur symboolpolitiek in Den Haag.
GroenLinks-PvdA wil de Warenwet aanpassen zodat ook producten met een etiket in het Engels, Duits of Frans in Nederlandse supermarkten verkocht mogen worden. Supermarkten zouden dan toegang krijgen tot goedkopere producten uit het buitenland, wat de prijzen zou moeten verlagen.
Maar dit voorstel raakt de kern van het probleem niet. Het toestaan van anderstalige etiketten kan leiden tot verwarring over allergenen en gebruiksinstructies. Consumenten moeten dan online extra informatie opzoeken, wat niet voor iedereen toegankelijk is. Alle informatie moet transparant op de verpakking staan – anders is het einde zoek.
Belangrijker nog: deze wetswijziging pakt niet de werkelijke oorzaak aan. De hoge supermarktprijzen in Nederland zijn vooral het gevolg van slimme handelsstrategieën van grote voedselproducenten zoals Unilever en Nestlé. Zij zorgen er met opzet voor dat producten in elk land net iets anders zijn met unieke etiketten, barcodes of uiterlijk van de verpakkingen zodat supermarkten niet kunnen inkopen daar waar het het goedkoopst is. Dit heet territoriale leveringsbeperking, en het ondermijnt de vrije Europese markt.
Zonder directe aanpak van die marktmanipulatie door het kabinet, blijven wetswijzigingen zoals deze slechts symptoombestrijding. Het etiket aanpassen verandert niets aan de machtspositie van multinationals – en dus ook niet aan de prijs aan de kassa.
Ziekmakend systeem: ongezond eten is overal, terwijl gezond eten onbetaalbaar isVoedselbedrijven investeren jaarlijks €1,6 miljard in marketing – vooral voor ongezonde producten. Dat is 3,5% van de voedselprijs. Overal zie je reclames voor chips, snoep en frisdrank. Een advertentie voor verse groente? Nauwelijks te vinden. Dit concludeerde ook de onderzoeksredactie van Pointer: tussen 2018 en 2023 werd voor 4,2 miljard euro aan reclameruimte ingekocht voor ongezonde voeding. Voor gezonde voeding was dat slechts 640 miljoen – nog geen zesde van het bedrag dat naar junkfood ging.
Onze zeven eisen aan het kabinet
- Verplichte transparantie over marges op voedselprijzen
om in te kunnen grijpen bij inflatie en torenhoge prijzen van voedsel, is duidelijkheid nodig over de marges en margemixen van producenten en supermarkten.
- 0% btw op groente en fruit
Gezond eten is geen luxe, het is een eerste levensbehoefte. De beloofde btw-verlaging op groente en fruit blijft maar uitgesteld, terwijl de prijzen blijven stijgen. Voer deze maatregel nu door!
- Stop handelsbelemmeringen die voedsel duurder maken
Onnodige regelgeving en bedrijven die mazen in de wet benutten, drijven de prijzen op. Maak een einde aan inkooprestricties en stop de selectieve distributie die de interne markt verstoort.
- Verbied marketing op ongezond voedsel
Er gaat jaarlijks 1,6 miljard euro naar reclame – vooral voor ongezonde producten. Dat is 3,5% van de voedselprijs.
- Stel een prijsplafond in
De overheid moet –net als bij energie- maximale prijzen instellen voor essentiële basisboodschappen zoals brood, groente en fruit. Zo voorkom je dat mensen tijdens een crisis de hoofdprijs betalen voor hun dagelijkse eten.
- Maak betere wetgeving en bestraf overtreders hard
Maak krimpflatie (minder product, hogere prijs) en beknibbelflatie (mindere kwaliteit, zelfde prijs) strafbaar. Het is onacceptabel dat consumenten steeds minder krijgen terwijl de winsten stijgen.
- Stop honger als verdienmodel – stop voedselspeculatie
Eis transparantie op de financiële markten: beleggers en grondstofbedrijven moeten hun posities en aandelen openbaar maken om honger als verdienmodel te voorkomen.
De overheid heeft de middelen om in te grijpen, maar weigert ze in te zetten. Betaalbaar voedsel is een recht. En we laten niet los tot het geregeld is.
We hebben nog genoeg op ons bord: steun ons!
Foodwatch is een 100% onafhankelijke organisatie die elke overheidsfinanciering of donaties van bedrijven weigert. Zo voorkomen we belangenconflicten! Het zijn jullie donaties die onze vrijheid van meningsuiting en acties garanderen om te onderzoeken, alarm te slaan en dingen in beweging te krijgen. Samen maken we een harde vuist. Hartelijk dank voor je steun!