Meer over Monsanto
Nederland, zeg ‘Nee’ tegen Monsanto!
Monsanto, in 2016 overgenomen door chemiereus Bayer, is de producent van 'Roundup': een onkruidverdelger met glyfosaat. Dit is één van de meest gebruikte bestrijdingsmiddelen ter wereld. Monsanto bracht dit landbouwgif in 1974 op de markt en had hier tot 2000 een patent op. Glyfosaat is echter een heel omstreden middel, dat mogelijk kankerverwekkend is. Dit wijzen onder meer studies van de Wereldgezondheidsorganisatie uit. In verschillende Amerikaanse rechtszaken werd geoordeeld dat Bayer –Monsanto een schadevergoeding moet betalen aan mensen die ziek werden en glyfosaat als oorzaak aanwijzen. In totaal hebben er meer dan 20.000 mensen Monsanto aangeklaagd . Ondanks alle weerstand tegen glyfosaat, besloot de Europese Commissie in 2017 dat glyfosaat opnieuw 5 jaar (tot 2022) gebruikt mag worden in de EU. Verschillende Europese lidstaten, waaronder Frankrijk, Duitsland en Oostenrijk, gaven al aan glyfosaat te willen verbannen – al schuiven ze dit nog jaren voor zich uit. foodwatch roept ook Nederland op ‘nee!’ te zeggen tegen Monsanto en haar glyfosaat.
Na de vorige toelating van glyfosaat, die op veel kritiek kon rekenen, benadrukt de ‘speciale EU-commissie voor de goedkeuring van pesticiden’ dat lidstaten het Europees voorzorgsbeginsel ‘naar behoren’ moeten toepassen: alleen onbetwist veilige stoffen mogen toegelaten worden. Glyfosaat is zeker niet onbetwist. foodwatch roept Nederland op om het voorzorgsbeginsel te respecteren en glyfosaat te verbannen. Niet alleen in Nederland, maar ook in de hele EU.
Waarom moet Nederland ‘nee’ zeggen?
Naast het feit dat glyfosaat volgens het Europees voorzorgsbeginsel eigenlijk té omstreden is om het nog te gebruiken in de EU, zijn er verschillende zaken die de alarmbellen nog harder moeten doen rinkelen. De 4 M’s van Monsanto maken duidelijk dat, gezien de verontrustende praktijken van het bedrijf, extra voorzorg noodzakelijk is.
1. Miljarden-business:
Wanneer de weilanden oranje kleuren weten we weer hoe laat het is: ze zijn doodgespoten, met glyfosaat. Glyfosaat is een omstreden herbicide, dat volgens de International Agency for Research on Cancer (IARC – expertpanel van de Wereldgezondheidsorganisatie) ‘waarschijnlijk kankerverwekkend voor mensen’ is. Bayer-Monsanto heeft echter grote belangen bij haar glyfosaat-product 'Roundup'. Het bedrijf heeft al miljarden verdiend aan haar pesticiden en zaadveredeling, waaronder ‘Roundup Ready’ gewassen: gewassen als maïs en soja werden aangepast zodat ze bestand zijn tegen de vernietigende Roundup. De verkoop van Roundup Ready gewassen en Roundup betekenen voor Monsanto dubbele winst. Een Europees verbod op Roundup kan tot minder geld in het laatje kan leiden, waar het bedrijf niet op zit te wachten. Ze lobbyt al jaren voor de toelating en massale verkoop van glyfosaat. Deze lobby heeft haar vruchten afgeworpen: in Europa is glyfosaat, ondanks alle kritiek, nog steeds toegelaten.
2. Manipulatie van wetenschap en politici
Elke 10 of 15 jaar moeten omstreden pesticiden opnieuw beoordeeld worden. De vorige beoordelingsprocedure werd afgerond in 2017 en glyfosaat werd opnieuw toegelaten. Dit keer maar voor 5 jaar, aangezien verschillende lidstaten de gebruikelijke verlenging van 10 jaar niet ondersteunden. De verlenging van glyfosaat lag sterk onder vuur. Verschillende partijen stelden vragen bij de onafhankelijkheid en transparantie omtrent de beslissing om glyfosaat te verlengen. EFSA, de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid, baseerde zich op studies van Monsanto zelf en maakte deze studies niet publiek toegankelijk. Volgens gevoelige interne documenten schakelde Monsanto ghostwriters in om wetenschappelijke studies te beïnvloeden. Toen Monsanto een verklaring moest geven over de mogelijke beïnvloeding van studies tijdens een hoorzitting, kwamen ze niet opdagen. Op basis daarvan besloot het Europees Parlement de Monsanto-lobbyisten niet meer toe te laten tot het parlement. Het is de eerste keer dat leden van het Europees Parlement op basis hiervan lobbyisten toegang tot het Parlement ontzegden. Na de controverse rond de wetenschappelijke beïnvloeding richtte het Europees Parlement ook een speciale commissie op, die de toelatingsprocedure van pesticiden kritisch onder de loep moest nemen. De commissie deed verschillende aanbevelingen, waaronder: ‘verbetering van de transparantie (met inbegrip van de toegang van het publiek tot de evaluatiestudies) en het vermijden van belangenconflicten’.
Bayer-Monsanto probeert niet alleen de wetenschap de beïnvloeden, maar richt haar pijlen ook rechtstreeks op politici. Bayer doneerde tienduizenden euro’s aan de Alliantie van Liberalen en Democraten in Europa ALDE (hierbij zitten de Nederlandse partijen VVD en D66) en de Europese Volkspartij (waar de CDA toe behoort). Dit leidde vooral in Frankrijk tot een schandaal, aangezien Frankrijk tegen het gebruik van glyfosaat is: ‘Niemand van ons zal de komende termijn in een politieke groep of Europese politieke beweging zitten die dit soort financiering duldt.’ Na het schandaal gaf ALDE aan de sponsoring stop te zetten, aangezien de financiering werd gezien als ‘actieve politieke beïnvloeding'.
3. Miskennen van gevaren
Naast het beïnvloeden van studies, legde Monsanto ook negatieve resultaten of adviezen over glyfosaat naast zich neer. Monsanto moest in het kader van de rechtszaken tegen het bedrijf een groot aantal interne documenten openbaar maken. Al in 1999 concludeerde een wetenschapper, die in opdracht van Monsanto een rapport opstelde, dat glyfosaat mogelijk schadelijk kan zijn en raadde aan vervolgonderzoek te doen. De reactie van Monsanto? 'We gaan simpelweg geen van de studies doen'. In de plaats daarvan wou het bedrijf snel een andere wetenschapper zoeken die wél bereid was Roundup te ondersteunen en verdedigen.
Volgens de rechter hadden de juryleden voldoende bewijsmateriaal onder ogen gekregen om te concluderen dat ‘Monsanto zich meer bezighield met het afremmen van veiligheidsonderzoeken en het manipuleren van de publieke opinie dan met het waarborgen van de veiligheid van haar product’. ‘Er was niets dat erop wees dat iemand bij Monsanto deze kwestie objectief of met enige aandacht voor het leven van de mensheid bekeek’.
4. Monddood maken van critici
Monsanto zette sterk in op het ondermijnen van journalisten en organisaties die kritiek uitten op glyfosaat. Uit interne documenten van Monsanto blijkt dat de chemiereus een ‘inlichtingencentrum’ runde om journalisten en activisten te controleren en in diskrediet te brengen. In plaats van hun omstreden bestrijdingsmiddelen aan te pakken, vielen ze tegenstanders aan. Zo stond bijvoorbeeld een Amerikaanse NGO die zich richt op transparante voedingssystemen, U.S. Right to Know (USRTK), onder toezicht van dit ‘inlichtingencentrum’. Dit blijkt uit een rapport voor intern gebruik van Monsanto: ‘Werk samen met de Fusion Center om USRTK te monitoren.’ en ‘Deel een wekelijks verslag met het kernteam.’ Een ‘fusion center’ is een term die de FBI gebruikt om informatie te verzamelen over criminelen en terroristen – dus vergelijkbaar met een ‘inlichtingencentrum’.
Het bedrijf ontwikkelde ook een heuse strategie om Carey Gillam, een journaliste die een kritisch boek over het omstreden bestrijdingsmiddel glyfosaat schreef, aan te pakken. Hoe? Door onder meer Google te betalen om kritieken over het boek bovenaan de zoekresultaten te plaatsen, regelgevende instanties als EFSA (Europees voedselveiligheidsagentschap) te vragen zich in te zetten pro glyfosaat en kritiekpunten voor ‘derde partijen’ voor te bereiden. Gillam: 'Ik had nooit gedacht dat een miljardenbedrijf zoveel tijd en energie en personeel aan mij zou besteden. Het is verbazingwekkend.'
Tenslotte hield het bedrijf ook een uitgebreide lijst van 239 journalisten, politici en activisten bij. Vergezeld van commentaar over hun glyfosaat-standpunt en hun mogelijke steun aan of verzet tegen Monsanto. Medewerkers van voedselwaakhond foodwatch staan ook als tegenstanders op deze lijst, wegens hun verzet tegen de multinational. Deze lijst past binnen de offensieve Monsanto-strategie ‘Let Nothing Go’ om negatieve commentaren op te volgen en personen te beïnvloeden. Verschillende organisaties waaronder foodwatch dienden een klacht in, wegens frauduleus gebruik van persoonlijke gegevens.